Actualiteit – Water is voor honden

 

Vorige week lag er op zaterdag ineens een Telegraaf in de bus. Normaal lees ik Trouw, dus dat was een verrassing. Het schooljaar was net begonnen. En de Telegraaf kopte: ‘Ouders boos op school die zoete drankjes verbiedt’ met daaronder: ‘Water is voor Honden’. Het artikel deed me denken aan een discussie die ik de dag ervoor had gevoerd met een jonge vader. De supermarkt (Albert Heijn) waar hij altijd boodschappen doet, had de hagelslag met kindermarketing (met Minions = funnies erin!) van de schappen gehaald. Betutteling, vond hij het.…

Rol van de ouders

“Je hebt als ouders de verantwoordelijkheid om toe te zien dat je kinderen gezond eten,” zei de jonge vader. Betutteling, dat vonden ook de ouders van de Tilburgse basisschool: “Kinderen lusten geen water, water is voor honden.” Zij vinden het zielig dat hun kinderen nu alleen water mogen drinken: “In de gevangenis hebben ze het beter.” En ze waren verontwaardigd vanwege het feit dat hun kinderen het zoete drankje was afgepakt. Ik denk dat de ouders eigenlijk blij zouden moeten zijn met dit steuntje in de rug, door de school.

Kinderen consumeren het meeste suiker van iedereen

Kinderen en met name jongens tussen 9 en 18 jaar consumeren het meeste suiker van alle Nederlanders (ruim 150 g suiker/dag). Vooral via frisdrank, maar ook via andere suikerhoudende dranken, zoals zuivel en vruchtensappen. En via zoete tussendoortjes. Zouden ze gewoon water drinken, dan scheelt dat ongeveer 120 kilocalorieën per dag. En is overgewicht bij kinderen vrijwel opgelost. Vloeibare calorieën zijn echte dikmakers!

Waarom zijn juist die vloeibare calorieën zo dik makend?

Omdat ons lichaam eigenlijk niet zo door heeft dat we deze vloeibare calorieën consumeren. Ze verzadigen niet of nauwelijks. Eigenlijk heel logisch: als je 500 gram appels eet kost het je 17 minuten (als het je sowieso lukt), 500 gram appelmoes kost 6 minuten en 500 gram appelsap heb je in 1,5 minuut naar binnen. Die vloeibare calorieën doen het lichaamsgewicht dus toenemen.

Rol van de frisdrankfabrikanten

Goed nieuws was de aankondiging vorige week: Frisdrankfabrikanten stoppen uiterlijk eind 2018 met de verkoop van suikerhoudende frisdranken op middelbare scholen. Foodwatch reageerde kritisch: “Hoezo bepalen de scholen dat niet zelf? Scholen horen zelf gezond beleid te voeren. Nu bepaalt kennelijk de frisdrankindustrie wat op scholen wordt aangeboden: de omgekeerde wereld,” volgens hen. “Frisdrankproducenten waken niet over de gezondheid van schoolkinderen. Dat horen scholen te doen.” Is dat zo?

Rol van de scholen

Frisdrankautomaten kunnen scholen het nodige geld opleveren. In HAS Voedsedialoog wordt dit uitgelegd in de blog over de zwembadkantine. De fabrikant zet de automaat neer. Dat levert een school direct geld op, in het zwembad was dat de helft van de omzet van de automaat en ze hebben er geen omkijken naar. Maar automaten kunnen ook in eigen beheer zijn. Dan kan een school zelf bepalen wat er in die automaat staat. En natuurlijk kunnen scholen hier een grote rol spelen. Naast ook voedseleducatie: kinderen leren over hun voedsel en voeding.

Rol van de supermarkt

Als het niet op school verkocht wordt gaan ze wel naar de supermarkt. Middelbare scholieren besteden gemiddeld €2,30 per dag in de supermarkt, bleek uit Amsterdams onderzoek. De top 3: energiedrankjes, frikandellenbroodjes en roze koeken. Echt gezonde alternatieven zijn moeilijk te vinden. Dus wat kan de supermarkt doen: niet alleen geen K3-hagelslag meer op de schappen, maar ook gezondere alternatieven voor de pubers.

‘Gezondere keuzes gemakkelijker maken’ is volgens mij iets wat ouders, kinderen, supermarkten, (frisdrank)fabrikanten, scholen en de overheid samen moeten doen. En vooral niet op elkaar wachten, het is behoorlijk urgent. Kinderen met overgewicht hebben zeer grote kans straks als volwassene obesitas te krijgen…

Aanvullende ideeën om gezonde keuzes gemakkelijker te maken zijn altijd welkom! Reageer…