Hutten deel 1: Een geloofwaardige keten

Bob Hutten is een gepassioneerd man met een kritische mening over hoe er geld verdient wordt in de voedselketen. Bob is algemeen directeur van Hutten, een cateraar. We spraken over de bedrijfsfilosofie en gezondheid. Maar daarover meer in de volgende blogposts voor HAS Voedseldialoog. Eerst wat meer over het bedrijf Hutten:

“Mijn titel is algemeen directeur, maar die titel zegt mij niet zoveel. Ik geloof heel erg in vertrouwen en ruimte geven. En als die ander dan de ruimte bespeelt en erover communiceert, kan ik los laten. Ik ben allang niet meer de beste in een hele hoop dingen. Ik ben nog ongeveer 10% bezig met het bedrijf Hutten.” Bob is vooral bezig met nieuwe business, trends en ontwikkelingen. Maar hij draagt wel de verantwoordelijkheid: “Soms gaat het heel erg goed, soms gaat het niet goed en dan moet je er ook zijn.”

In 1929 startte de opa van Bob een banketbakkerszaak, een automatiek en een lunchroom. “Mijn vader nam dat over en had uiteindelijk 2 restaurants en 2 sportrestaurants. Bob is gedoopt achter de bar. Zijn hele leven werkt hij al bij Hutten:  “Al toen ik naar school ging. Vrij snel na de middelbare hotelschool ben ik in het bedrijf terecht gekomen. Dat was in 1988. Het ging toen niet zo goed. Mijn vader en moeder hadden heel hard gewerkt en die laat je dan niet zitten.”

Hij vervolgt: “Ik had misschien nog wel wat hoger willen studeren. Maar dat zat er niet in. Mijn vader was een uitstekend kok, en mijn moeder een goede gastvrouw. Ik ben wat meer met de catering gaan doen. We hebben het een tijdje met zijn drieën gedaan, en uiteindelijk ben ik doorgegaan.”

De omzet van Hutten is rond de 85 miljoen. Waarvan de helft food en de rest accommodatie en bediening. Momenteel heeft Hutten 1600 mensen in dienst, ‘samenwerkers’ noemt Bob hen. Zo’n 800 mensen werken in de bediening van 180 bedrijfsrestaurants en op 20 andere locaties, zoals het Smaaklokaal tegenover de HAS. Er zijn 250 koks, waarvan er 150 in plants (=fabrieken) werken en de rest over de locaties verspreid. 350 ‘samenwerkers’ zitten in Veghel op het hoofdkantoor in kwaliteitszorg, marketing, HRM, financiën en in de keuken. Dan is er nog een Verspillingsfabriek en een bakkerij voor doven en slechthorenden.

Op mijn vraag hoe Hutten werkt, zei Bob:  “We leven in een tijd waarin niemand meer weet wat nou goed is en wat niet. Dat zag ik een jaar of 7 geleden al aankomen. Wij zijn toen een heel geloofwaardige keten gaan bouwen. Centraal daarin staat het merk De Guijt. We werken samen met 38 lokale boeren. In een duurzaam proces. Lokaal betekent voor ons Nederland, niet de streek. De boeren zijn de leveranciers. Zij leveren onder het merk De Guijt 80% van ons productassortiment. De overige 20% is bijvoorbeeld koffie (fair trade), kruiden, en frisdrank zoals Coca Cola.”

“We beheersen die keten helemaal.” Op mijn vraag wat dat betekent: “Er zijn duurzaamheidseisen die we opleggen aan onze lokale boeren. Producten moet diervriendelijk, gezond, duurzaam, vers en handgemaakt zijn. Er zijn ongeveer 45 criteria waaraan een product moet voldoen. Van die producten maken wij salades, snacks en broodjes.”

Je ziet ze best vaak rijden die 25 vrachtwagens met Hutten erop. Bob: “Iedere dag rijden we 23 routes. Die komen voor 10.30 op 200 locaties. Je kunt tot 16.00 uur bestellen. Alle producten die wij hier gemaakt hebben worden naar de distributie en logistiek gebracht, zoals broodjes en soepen. ’s Nachts worden die producten ‘gecrossdokt’ (herverdeeld) met producten van de bakker, groenteboer, visboer en de slager. Allemaal De Guijt producten.”

Partners van Hutten zijn klanten, leveranciers, maar ook onderwijs voor toekomstige werknemers, overheid voor de erkenning, en Foodsquad voor innovatie. Op mijn vraag welke partners zijn het belangrijkst, antwoordde Bob: “Niemand is het belangrijkst, langs welke ‘ligger’ zou je dat moeten leggen? Waarom zou je een leverancier belangrijker vinden dan een klant? Nee, zo moet je niet ontwikkelen. Het is belangrijk dat je een breed fundament hebt.” En concurrenten dan? “Daar zijn we niet mee bezig. Wij zijn de enige die met eigen productie werken.